De NVOG houdt op donderdag 1 november van 19.30 tot 20.30 uur een interactieve avond over ‘Hoe wil jij bevallen?’. In het UMC in Utrecht discussieert een panel over een aantal stellingen rond bevallen. De stellingen zullen gaan over de thema’s: Zoals ik dat wil, Veilig! en Met zekerheid!
Dit jaar bestaat de NVOG (Nederlandse Vereniging voor Obstetrie en Gynaecologie) 125 jaar. Niet alleen dat is bijzonder en een feestje waard. In de afgelopen 125 is in Nederland gewerkt aan een unieke bevallingscultuur. In Nederland bevallen in tegenstelling tot andere landen nog steeds veel vrouwen thuis (20%). Hoewel dit percentage wel een dalende lijn laat zien. Het percentage ziekenhuisbevallingen is sinds 1953 toegenomen van 22 naar 71 procent (2005–2008).
Nederlandse vrouwen krijgen tijdens de bevalling ook minder vaak pijnbestrijding (ruggenprik) en ook het percentage keizersneden is lager dan in de ons omringende landen. In Nederland heerst dan ook een cultuur van zelf doen, zo natuurlijk mogelijk. Uiteraard vormt dit regelmatig aanleiding tot discussie. Thuisbevallen beter dan in het ziekenhuis laat zien dat het soms ook om een keuze gaat, wat is goed voor het kindje en wat is goed voor de moeder.
Jan Nijhuis, hoogleraar Verloskunde in het UMC Maastricht noemt nog een andere keerzijde van de Nederlandse bevallingscultuur. Vrouwen die hulp krijgen bij de bevalling; bevallen in het ziekenhuis, ruggenprik, keizersnede kunnen zich naderhand teleurgesteld voelen. Ondanks dat zij een gezond kindje kregen, blijft er toch een gevoel van ‘gefaald hebben’ achter. Nijhuis wijt dit vooral aan het gebrek van goede voorlichting vooraf. Goede en betere informatie vooraf stelt vrouwen beter in staat de juiste keuze te maken.
1 november komen eerst de vrouwen aan het woord. De NVOG wil graag van je horen hoe jij wilt bevallen. Hoe wil JIJ bevallen? Deel je vragen/reacties op Twitter (#hwjb), Facebook, via http://www.hoewiljijbevallen.nl of via e-mail voorlichting@nvog.nl. Of kom naar een van de 27 deelnemende ziekenhuizen waar grote schermen zullen staan waarop de paneldiscussie is te volgen. De paneldiscussie zelf vindt plaats in het UMC in Utrecht.